De troonrede van Younes Ouaali

Ik keek via Uitzending gemist naar #dwdd van 13 september. Omdat er over Twitter gekwetterd zou worden. Blij verrast zag ik Younes Ouaali in deze uitzending voorbijkomen. In eerste instantie blij, omdat ik de koningscape van Artoek herkende. Daarna nog blijer door wat hij zei.

Deze jongen heeft vrijdag de 13e op de, door Unicef georganiseerde, Kleine Prinsjesdag 2013 zijn eigen troonrede voorgelezen.
Over loverboys, kinderarbeid, onderwijs voor meisjes, uitbuiting en meer.

Noordsingel

Wat ben ik er in mijn studententijd vaak langs gefietst, het gerechtsgebouw met daarachter de strafgevangenis aan de Noordsingel. Nooit gedacht dat ik de doorgang nog eens van deze kant zou zien:


In een zijstraatje (burg. Roosstraat) stonden destijds, op bepaalde tijdstippen, sjieke auto's met opgedofte dames, te zwaaien naar gevangenen achter de ramen.

De gratisdingenzoeker

Ik moest gisteren lachen over alle commotie over het stuk van Monique Burger.
Ik herkende het gedrag van de gratisdingenzoeker in het stuk. Dat vond ik grappig. De koppeling met armoede herken ik echter totaal niet.

In de vorige eeuw had ik een stenen winkel. Kinderkamerinrichting. Om klanten naar de winkel te lokken deelde ik via Felicitas waardebonnen uit voor een gratis kadootje. Af te halen in de winkel.
Massaal werden ze ingeleverd. Het overgrote deel door mannen in pak na kantoortijd. Gestuurd door de kraamvrouw. Geen enkele inleveraar heeft wat gekocht.
Ze liepen rechtstreeks naar de balie om de bon in te leveren. Keken zelden rond. Drongen voor: "Ik kom alleen een bon inleveren mag ik even tussendoor" als ik bezig was om een kadootje in te pakken voor een klant. Heel af en toe verontschuldigden ze zich: "Ik kom een keertje terug om iets te kopen, ik heb nu weinig tijd". "Ik word ook maar gestuurd door mijn vrouw".
Voor mij een goede leerschool; nooit meer goodies.*